Terug naar 1910: “In dat jaar is mijn opa Piet van den Bosch gestart met een eigen bedrijfje. Hij was geboren in 1895 en dus toen pas 15 jaar, voor die tijd was dan al werken niet zo gek want je was al lang van school af. Waarschijnlijk heeft opa daarbij medewerking gehad van zijn vader Cees van den Bosch. Dit mede ook omdat opa vier jaar later in dienst werd opgeroepen en gedurende de hele 1e wereldoorlog was gelegerd op Walcheren. Hij heeft dus van zijn 19e tot zijn 23e in het leger gezeten en er moet in die periode toch iemand zijn zaken hebben behartigd.
Het is allemaal zo lang terug dat daar weinig over te achterhalen is, vroeger werd lang niet alles netjes vastgelegd, men keek nog niet zo nauw. Maar als je overgrootvader Cees mee telt ben ik dus de vierde generatie Van den Bosch in het bedrijf” vertelt Peter.
“Die Cees van den Bosch is de stamvader van de meeste Van den Bosch’en in Rijnsburg. Dat zijn er overigens niet zoveel, want in de vijftiger en zestiger jaren hebben een hoop neven en nichten van mijn vader het dorp verlaten, vooral door emigratie naar Canada”.
Winter 1979 – Opa, 84 jaar oud
De start van het bedrijf: Opa was een typische Rijnsburgse groenteteler die in de beginjaren alleen maar land had uit de losse verhuur. Zo teelde hij verschillende soorten kool, aardappelen en uien in de Kleipetten en zat hij ook in de peen en wat kruiden. Kort na zijn diensttijd in 1920 of 1921 is hij getrouwd en is gaan wonen op de hoek Langevaart / Sandtlaan in het 1e kleine huisje van de “Krugersbuurt”. Een jaar of twee later kocht hij het huis met schuurtje aan de Katwijkerweg nr. 17. Dat was toen een doodlopende straat die ter hoogte van de Akkerwinde overging in een koolaspad naar de landerijen waar nu “Plan de Hoek” op staat. Men noemde dat straatje gekstekend de “Blindedarm van Rijnsburg”.
Achter het huis heeft hij toen een perceel teelland gepacht, van wie dat precies in 1e instantie was is niet bekend. Ruim na de oorlog kwam dat door overerving in handen van de Valkenburger Piet de Vries totdat het uiteindelijk werd verkocht in 1996 voor woningbouw.
Opa was een oersterke, onverzettelijke doordouwer met een optimistische inslag en een gezonde dosis humor. Dat blijkt ook wel uit het feit dat zijn oren aan de randen waren gekarteld. Gevolg van bevriezing, want opa ging gewoon stug door, al vroor het dat het kraakte.
Henk van der Boog vult aan : “Hij kon op hoge leeftijd onder het genot van een dikke Agio sigaar ook boeiend vertellen en nog graag een schuine bak tappen of een dolletje maken. Hij is tot vlak voor z’n dood op 86 jarige leeftijd mee blijven werken en had zijn vaste plek aan de bostafel waar we tulpen klaar maakten. Dat vond ie maar wat gezellig tussen de jongens in de schuur. Maar klagen, dat deed ie bijna nooit !”
.
Over de tijd tussen de twee wereldoorlogen en de crisis in de jaren 30 is weinig bekend. Opa was groenteteler en bracht zijn producten met de handkar naar de groenteveiling in Rijnsburg. Zoals zovele Rijnsburgers is hij in de crisis jaren gestart met de teelt van bloemen, hij veilde die bij bloemenveiling “Bloemenlust”. Wat hij precies teelde weet de huidige generatie niet. Dat er korenbloemen, margrieten en tulpen bij waren staat vast. Met een deel van die tulpen bollen is in de oorlog een “logeerkoe” van een boer uit Zoeterwoude gevoerd. Die mochten ze melken mits het beest levend de oorlog door kwam en dan terug ging.
Op de foto Piet senior, Piet junior en Henk in de korenbloemen oogst, eind jaren 30. Opa had land in de Kleipetten, op de achtergrond is de toren van Rijnsburg te zien.
.
Uit die margrietenteelt is na de oorlog de vroegst bloeiende selectie van Rijnsburg voort gekomen. Dit margrietenras was meestal in bloei vóór de Moederdag en bracht dan goed geld op.
Het bedrijf heeft door de jaren heen aan de wieg gestaan van vele innovaties, maar daarover in een apart artikel genaamd Innovaties meer.